Data: Berkeley, GISS NASA, Hadcrut4
Hierboven ziet u het verloop van de jaarlijkse globale temperatuur-anomalie vanaf 1850 t/m 2019 volgens Berkeley, GISS en Hadcrut. Die anomalieën zijn de afwijkingen van de berekende temperaturen ten opzichte van het gemeenschappelijke nulpunt 1920. De drie grafieken lijken sterk op elkaar maar zijn niet identiek. Dat is raar, want ze maken gebruik van de meetgegevens van ongeveer dezelfde verzameling weerstations. Dat ze onderling afwijken heeft onder andere te maken met de manier waarop elke organisatie die gemiddelde temperatuur berekent.
In dit bericht gaat het over de vraag hoe betrouwbaar die grafieken zijn. Ik ga hier gemakshalve maar even voorbij aan het feit dat alle drie organisaties zich ook het recht toe hebben geëigend om meetgegevens van een meetstation te ‘corrigeren’, te homogeniseren. Daar wil ik een andere keer weer eens naar kijken.
Het is een bekend gegeven dat er pakweg 100 jaar geleden veel minder weerstations actief waren dan momenteel. En zelfs momenteel is het landoppervlak niet geheel gedekt door een netwerk van weerstations. Met temperatuurmetingen op zee (70% van het aardoppervlak) is het helemaal erg, die worden pas sinds 2004 min of meer systematisch gemeten met de introductie van de ARGO boeien (zie bovenstaande grafiek van de SST metingen).
Bron: John McLean 2018
Bovenstaande grafiek betreft de ruimtelijke dekkingsgraad van de globale Hadcrut4 dataset. De grafiek laat zien dat de dekkingsgraad van de aarde als geheel tot 1950 veelal ver onder de 50% lag. Maar ook momenteel is de ruimtelijke dekking verre van compleet. Het zuidelijk halfrond komt net boven de 75% uit. Lees verder