Trouwe lezers weten dat ik -samen met drie andere onderzoekers- al geruime tijd bezig ben geweest om aan te tonen dat de homogenisatie (correctie) van de dagtemperaturen van station De Bilt door het KNMI niet juist uitgevoerd is. Dat had tot gevolg dat heel veel tropische dagen en hittegolven uit de boeken verdwenen. Dat onderzoek is in eerste instantie uitgemond in een Nederlandstalig rapport “Het Raadsel van de Verdwenen Hittegolven” uit 2019 dat intussen door veel mensen is gedownload.
Maar het is in de wetenschappelijke wereld nu eenmaal zo dat er alleen maar geluisterd wordt als je peer reviewed publiceert bij een wetenschappelijke uitgeverij. En dat is ons vorige week gelukt. Ons artikel, genaamd “Reassessment of the homogenization of daily maximum temperatures in the Netherlands since 1901” is gepubliceerd op de website van TAAC, Theoretical and Applied Climatology.
Clintel was zo vriendelijk om een persbericht daarover ruim te verspreiden, maar de Nederlandse media waren blijkbaar niet geïnteresseerd en deden vrijwel niets met het persbericht. Alleen “De Andere Krant” bracht een bericht uit, zie figuur 1. Die desinteresse van bijna alle media is opmerkelijk, want hier maakte een peer reviewed artikel korte metten met de temperatuurcorrectie zoals het KNMI die heeft toegepast op De Bilt. En daarmee –hopelijk- met de vele alarmistische berichten in kranten en op radio en tv dat we vroeger véél minder tropische dagen hadden.
Fig.1 Bron: De Andere Krant
Het zeldzame bericht in De Ander Krant hierboven was afkomstig van freelance wetenschapsjournalist Peter Baeten. Hij vroeg ook om een reactie van het KNMI op onze publicatie. En die is gisteren gekomen:
“Het nieuwe onderzoek van Dijkstra et al (2021) is gepubliceerd als wetenschappelijk artikel en daarmee onderworpen aan een beoordeling door externe experts (peer review). Meer onderzoek naar homogenisatietechnieken verwelkomen wij, omdat er veel factoren (instrumentatie, locatie, weersomstandigheden) een rol spelen bij het bepalen van de correctiefactoren. Dat is dus een positieve ontwikkeling, en daar kunnen de reeksen beter van worden.
Zoals we ook al in 2019 hebben aangegeven, staat de ontwikkeling van en onderzoek naar homogenisatietechnieken niet stil. Nieuwe inzichten kunnen leiden tot verbeterde correctiefactoren en daarmee tot een verdere verbetering van de waarneemreeksen. Op het KNMI en bij andere instituten wereldwijd wordt onderzoek gedaan naar weersafhankelijke homogenisatietechnieken om de correcties nog betrouwbaarder te maken. Zo gaat het KNMI in 2022 volgens planning aan de slag om een volgende versie van de gehomogeniseerde reeksen te ontwikkelen. Naar verwachting zullen de verbeterde gehomogeniseerde temperatuurreeksen in 2023 gepubliceerd worden.
Hierbij zullen inzichten uit recent gepubliceerde wetenschappelijke publicaties worden meegenomen, waaronder het recent gepubliceerde onderzoek van Dijkstra et al (2021). Het is interessant dat Dijkstra et al. deze gevoeligheidsanalyse hebben gedaan. Het laat zien hoe het aantal tropische dagen, een moeilijk te schatten extreem, gevoelig is voor aannames die gedaan zijn in eerdere homogenisaties. De studie laat ook zien dat bij het homogeniseren van dagwaarden het moeilijk is om betrouwbare correctiefactoren te verkrijgen voor de extremen. In de volgende versie van de gehomogeniseerde reeksen zullen we daarom meer aandacht besteden aan de onzekerheid van de correcties die toegepast worden op de meest extreme temperaturen. “
Een heel mooi bericht! Het geeft me het gevoel dat we al dat werk van de afgelopen jaren niet voor niets hebben gedaan. En het is een erkenning voor het feit dat ook buiten de reguliere wetenschappelijke instanties nuttig onderzoek op niveau wordt gedaan. Het lijkt er op dat het KNMI uiteindelijk minder moeite heeft met ‘buitenstaanders’ die over hun schouder meekijken in de KNMI-keuken dan veel main stream media.