Fig. 1 Data: CBS
De aardgasbalans van Nederland van 2010 t/m 2019. Wat komt er in, wat gaat er uit, wat gebruiken we? Dit gaat alleen over gasvormig aardgas. Duidelijk is de afname van de winning (voornamelijk Groningen), die is in 2019 nog maar iets meer dan 1/3 van wat die in 2010 was.
De invoer neemt over vrijwel de hele periode toe. Vanaf 2017 is de invoer van aardgas groter dan de winning uit eigen bodem; in 2019 is de invoer ongeveer 1,5x zo groot als de winning. Het binnenlands verbruik is na een lichte daling vanaf 2010 sinds 2014 heel licht aan het stijgen.
In 2019 is het binnenlands verbruik nagenoeg even groot als de invoer. Dat wil dus zeggen dat we in theorie morgen de winning in Groningen kunnen stoppen, de invoer dekt geheel ons verbruik. In werkelijkheid zijn er nog wat exportcontracten die netjes afgebouwd dienen te worden.
Het krankzinnige plan van de overheid om op termijn ‘van het gas af’ te gaan wordt in elk geval niet ingegeven of afgedwongen door het afbouwen van de winning in Groningen, dat maakt de grafiek wel duidelijk. Intussen doen onze buurlanden er alles aan om juist méér aardgas te gaan gebruiken, omdat aardgas zo’n beetje de schoonste fossiele brandstof is die we hebben. Dit in tegenstelling tot het stoken van biomassa (=bos). Het gekke is dat we van de overheid van het aardgas af moeten, terwijl de overheid tegelijkertijd voor enkele honderden vieze biomassacentrales vergunningen heeft afgegeven.
De tweede foto heb ik een jaar geleden genomen, net over de grens in Nordrhein-Westfalen. Daar wordt een nieuwe aardgasleiding gelegd voor het zogenaamde hoogcalorische gas dat de Duitsers flink aan het promoten zijn. Dat hoogcalorische gas komt uit Rusland maar ook uit wat andere Europese landen. Het gas dat wij aan Duitsland leveren is laagcalorisch, de levering daarvan wordt op termijn gestopt omdat we steeds minder gas winnen in Groningen. Intussen probeert de Duitse overheid dat aardgas aan de man te brengen door een forse aansluitpremie te geven. Aardgas is overal heel populair, ook bij de Nederlanders, behalve bij de Nederlandse overheid.