Alarmerend rapport over zeespiegel is storm in glas water

“Het is niet de vraag of Nederland te maken krijgt met 1, 2, 3 of meer meter zeespiegelstijging, maar wanneer dit gaat gebeuren, schrijven de opstellers. Recente studies tonen aan dat dit eerder kan zijn dan veelal werd aangenomen. Al is nog veel onzeker.

Het KNMI ging er vanuit dat aan het eind van deze eeuw een stijging van maximaal 1 meter zal zijn bereikt. Volgens een nieuwe verkenning van drie auteurs van het meteorologisch instituut kan dat hoger uitvallen. Dat houdt verband met nieuwe onderzoeksgegevens over het sneller smelten van de ijskap op Antarctica.”

Zo begint het artikel in de Volkskrant van 19 september 2018, en het galmt de hele dag na op radio en tv. Het rapport is geschreven door  medewerkers van Deltares.  Het gaat hierbij om ‘projecties’, vrijblijvende toekomstvisies, en geen voorspellingen. Maar zo komt dat natuurlijk niet over op het grote publiek. Haasnoot, een van de drie auteurs, erkent dat de prognoses over de omvang van de zeespiegelstijging zijn omgeven met grote onzekerhedenLees verder

Interview met Marijn Poels

Foto: TPO

Documentairemaker Marijn Poels (42) werd overstelpt met woedende reacties toen hij een kritische documentaire maakte over de klimaathype. Poels besloot in een nieuwe film te onderzoeken waarom zijn critici zo boos op hem zijn. Wat schuilt er achter de neiging van politiek-correct ’links’ om andersdenkenden de mond te snoeren? ’Waarom mag ik niet denken wat ik denk?’ Lees het hele interview van Wierd Duk met Marijn Poels :

https://www.telegraaf.nl/nieuws/2559567/linkse-filmmaker-bedolven-onder-woede-na-kritische-docu-over-klimaathype

 

Het raadsel van de verdwenen hittegolven deel 4

  • Met correctie: juiste grafiek geplaatst

Trouwe lezers van deze blog moesten even geduld hebben, maar nu is er toch weer een nieuw bericht.  Die vertraging is niet omdat ik niets te melden heb op het gebied van klimaat, integendeel. Het komt vooral omdat ik met een aantal mensen druk bezig ben de homogenisatie te ontrafelen die het KNMI heeft toegepast op de oude temperatuurcijfers van De Bilt.

Die homogenisatie uit 2016 heeft er voor gezorgd dat een groot deel van de hittegolven tussen 1901 en 1951 als sneeuw voor de zon is verdwenen en het KNMI afgelopen zomer voortdurend riep dat het aantal hittegolven alsmaar toeneemt. Omdat het KNMI een monopoliepositie in ons land heeft wat betreft weer en klimaatcijfers werd die berichtgeving door andere weer-organisaties en door vrijwel alle media klakkeloos herhaald.

Op deze plaats heb ik al vaker geschreven over de bizarre bijstellingen van de gemeten temperaturen in De Bilt vóór 1951.  Die bijstellingen zijn nogal grof uitgevallen, tot maar liefst 1,9 °C naar beneden bijgesteld.  En dan te bedenken dat de medewerkers van het KNMI tussen 1901 en 1951 een aantal malen per dag de temperatuur tot op 0,1 °C nauwkeurig moesten aflezen! De grafiek hierboven toont de ‘correctie’  van de maximum dagtemperatuur (Tx) in De Bilt in 1947. Dat was tot voor kort het jaar met de meeste hittegolven. In de grafiek is te zien dat de bijstelling het grootst is in de zomermaanden, tot bijna 2 °C naar beneden. Lees verder

Meteocentrisme

Bron:  NOS

De afgelopen maand juli was opmerkelijk warm. Er ontstond zelf bij een deel van de burgers angst dat het altijd zo zou blijven. Dat kwam niet in de laatste plaats door de ronduit alarmerende berichtgeving van het KNMI en andere weerdiensten over de alsmaar toenemende hittegolven. En de media deden daar vaak nog een schepje bovenop. Nu is dat verhaal over die toenemende hittegolven in Nederland vooral een Nederlands probleem. Hier is al enkele malen geschreven over het feit dat het KNMI in 2016 de dagtemperaturen die gemeten zijn in De Bilt tussen 1901 en 1951 vooral naar beneden bij te stellen.  Daardoor verdwenen 16 van de 23 hittegolven in die periode. Kijk maar eens naar recente berichten daarover in de rechter kantlijn.

Mensen werden bang van de vreselijke voorspellingen. En nu deed zich een fenomeen voor dat begrijpelijk maar onjuist is. Veel mensen dachten dat die hitte een globaal optredend probleem was, en dat de aarde rap op weg was naar het kookpunt. Een dergelijk wereldbeeld wordt in de hand gewerkt doordat nieuws vooral betrekking heeft op de directe omgeving van de lezer. Over wat zich op het gebied van het weer op hetzelfde moment afspeelt in bijvoorbeeld Argentinië of Groenland leest men niets. Daarvoor moet je meetgegevens bekijken. Hoe de temperatuur in de afgelopen julimaand daar was ziet u op onderstaand kaartje:

Bron: GISS-NASA Lees verder

Het raadsel van de verdwenen hittegolven deel 3

Aan dit bericht over de verdwenen hittegolven in De Bilt tussen 1901 en 1951 gaan enkele eerdere berichten vooraf. Zie het menu aan de rechterzijde en klik aan.

U weet wellicht dat ik samen met Marcel Crok en Frans Dijkstra bezig ben om de homogenisatie van de etmaal-temperatuurreeks van De Bilt 1901-1951 te bestuderen. De aanleiding was dat vanwege die aanpassing maar liefst 16 van de 23 hittegolven in die periode zomaar verdwenen zijn. We vermoeden dat de homogenisatie iets te drastisch is geweest.

Bron: KNMI

In 2016 heeft het KNMI een homogenisatie toegepast op de dagtemperaturen van 1901 tot 1951 van de 5 hoofdstations:  De Bilt, Maastricht, Eelde, De Kooy en Vlissingen. Reden daarvoor was de inhomogeniteiten (sprongen) die waren ontstaan in de 5 reeksen als gevolg van instrumentverplaatsingen rond 1950. Voor De Bilt spelde nog een extra factor mee, namelijk de wisseling van type meethut omstreeks dezelfde tijd. In het technische rapport van de homogenisatie  is daarover te lezen:

“For the investigated stations, it is known that there have been major relocations that caused inhomogeneities. In addition, for station De Bilt the relocation was accompanied by a major change in thermometer screen. The existence of parallel data makes it possible to correct for the inhomogeneities.

For the relocation in De Bilt in 1951 no parallel observations have been made because the relocation was unforeseen and after the relocation the old location was disturbed due to building activities in the neighborhood of the former screen. Therefore, data of Eelde (before the relocation and screen change and thereafter) has been used for the homogenization of the series.”

Bron: KNMI Lees verder

Hitte voorbij: alarmisten klimmen uit hun holen

Het is opvallend dat juist gisteren en vandaag in respectievelijk het NRC en de Volkskrant grote artikelen staan over de afgelopen hitte in NW Europa. Het NRC spande de kroon met de kop: “Elke vijf jaar een hittegolf – en dat komt door onszelf”.

Geert Jan van Oldenborgh van het KNMI komt ruim aan het woord in het NRC, en datzelfde gebeurt vandaag in de Volkskrant. Samen met nog een paar vertegenwoordigers van WWA, World Weather Attribution.  Die organisatie is een samenwerkingsverband tussen een zestal weer- en klimaatonderzoeksorganisaties, waaronder het KNMI.

Op basis van statistiek gaan hete zomers vaker voorkomen dan in het verleden. In het snelle onderzoek naar de geëindigde hitteperiode  in NW Europa hebben de onderzoekers van het WWA, waaronder Van Oldenborgh, de gemeten hoge temperaturen op 7 stations van 1 mei tot 24 juli 2018 afgezet tegen de verwachtingen van enkele modellen.

Een van die 7 stations was De Bilt. De Bilt sprong er uit omdat de kans op basis van de observaties dat een dergelijke hete zomer voor kan  komen een keer in de 5 jaar is. Geen enkel van die andere stations had dezelfde lage herhalingstijd:

Bron: WWA Lees verder

Hittegolven uitgezocht

Terwijl Nederland geniet maar ook last heeft van een warme, zonnige en zeer droge zomer doemt de onvermijdelijke vraag op hoe uitzonderlijk de huidige warme periode is in historisch perspectief en in hoeverre dit met klimaatverandering te maken heeft. Het KNMI stelde in het NOS-journaal van donderdag 26 juli bij monde van Geert Jan van Oldenborgh:  “ Een warme zomer zoals we die nu hebben, gaan we in de toekomst nog veel vaker zien. Hittegolven komen nu frequenter voor: van een keer in de twintig jaar een eeuw geleden, tot elke twee tot drie jaar nu.”

De frequentie waarmee hittegolven voorkwamen in ons land zag er in 2015 nog zo uit:

Data:  KNMI 2015

Dat hittegolven nu vaker voorkomen dan vroeger is pas sinds 2016 ‘waar’. Toen presenteerde het KNMI namelijk een nieuwe gehomogeniseerde temperatuurreeks voor De Bilt. Die homogenisatie hield in dat metingen vóór 1951 gecorrigeerd werden. Dat bleek met name gevolgen te hebben voor de hoogste temperaturen in De Bilt: waarden boven de 27 °C zijn met maar liefst 1,9 graden naar beneden bijgesteld. Dit heeft ingrijpende consequenties voor met name het aantal hittegolven in de periode 1906-1951. Dat waren er 23 maar door de correcties bleven daar nog maar 6 van over.

Hoewel niemand bestrijdt dat correcties door stationsverplaatsingen en veranderde meetmethoden nodig kunnen zijn, roept deze ingrijpende aanpassing van de metingen in De Bilt wel grote vragen op. De metingen moesten destijds met 0,1 graden Celsius nauwkeurigheid afgelezen worden. Kan het werkelijk zo zijn dat met terugwerkende kracht alle historische waardes boven de 27 graden er bijna twee graden naast zaten?

Om dat te kunnen beoordelen dienen een hele reeks vragen beantwoord te woorden:

  • Laten de ongecorrigeerde temperatuurmetingen in De Bilt in de jaren 1950/1951 (de periode van veranderingen) inderdaad een trendbreuk zien en zo ja hoe groot is die? Met andere woorden, is de noodzaak om te homogeniseren aangetoond?
  • Hoe veranderde de temperatuur bij andere meetstations in dezelfde periode?
  • Waarom besloot het KNMI om de metingen in De Bilt te homogeniseren aan de hand van station Eelde (bij Groningen) dat 143 km noordoostwaarts ligt. Zijn er geen andere stations dichterbij die geschikter zijn?
  • Kunnen we de resultaten reproduceren?
  • Hoe verhouden het aantal warme en tropische dagen in De Bilt zich ten opzichte van andere (hoofd)stations in Nederland en eventueel ten opzichte van omringende landen?

Deze vragen wil ik samen met wetenschapsjournalist Marcel Crok en een paar andere mensen proberen te beantwoorden. Daarvoor is veel research nodig, interviews, schrijftijd, reizen etc. Zo hadden we vandaag een vergadering over deze materie aan de andere kant van het land. Vrijwel altijd is dat liefdewerk-oud-papier, maar voor grotere klussen zoals deze hebben we hulp nodig. We vragen uw financiële steun om dit werk te kunnen doen. Doneren kan door te klikken op “doneren”. U komt dan op de donatiepagina van de website van Marcel. Vermeld bij uw donatie svp  “hittegolven”. Alle beetjes helpen!

De resultaten zullen gepubliceerd worden in een rapport en in artikelen voor de media en op blogs.

PS:  ons vorige gezamenlijke rapport kunt u gratis downloaden via deze link van de Groene Rekenkamer.

 

Tweede hittegolf

De NOS maakte vandaag op haar website bekend dat de tweede hittegolf van dit jaar een feit is: het werd vandaag in De Bilt iets meer dan 30 °C.  Ik lees:

Bron:  NOS

Dat het nog maar twee keer eerder gebeurd is dat er in 1 jaar twee hittegolven waren is onjuist.  Hieronder is de tabel die tot 2016 op de website van het KNMI te vinden was. Te zien is dat er niet alleen in 1941 en 2006 sprake was van 2 hittegolven, maar dat er ook in 1911 en 1948 twee hittegolven waren.  En dat het jaar 1947 zelfs 4 hittegolven telde, waarvan er  één maar liefst 17 dagen duurde. Lees verder

Het raadsel van de verdwenen hittegolven deel 2 aanvulling

Een lezer maakte me er op attent dat in de laatste tabel van het vorige bericht (hittegolven in 1947) de vierde (!!)  hittegolf van 1947 ontbrak. Dat was een omissie van mijn kant die ik meteen corrigeer:

Het jaar 1947 telde dus in eerste instantie 4 hittegolven, door homogenisatie teruggebracht tot 1 hittegolf. Dat maakt het allemaal nog absurder.

Het raadsel van de verdwenen hittegolven deel 2

In het eerste deel van “Het raadsel van de verdwenen hittegolven” liet ik   zien dat er in de periode 1901 – 1951 maar liefst 16 van de 23 hittegolven geschrapt zijn door het KNMI. Dat gebeurde in 2016, toen het KNMI in 5 hoofdstations – waaronder De Bilt – de oude temperatuurwaarnemingen naar beneden bijstelde.

Omdat hittegolven in Nederland officieel alleen maar vastgesteld worden met behulp van de temperaturen in De Bilt gaat daar mijn belangstelling naar uit. Ik lees regelmatig over  ‘hittegolven’  in andere delen van het land, dus niet in De Bilt.  Dat is dus onzin, en blijft onzin, ook al noemen sommige weermannen en -vrouwen dat dan ‘regionale hittegolven’.

Data:  KNMI

In het eerste deel van wat nu een serie dreigt te worden liet ik bovenstaande grafiek zien. Daarin is goed te zien dat de temperatuur van 1901 – 1951 naar beneden is bijgesteld, en het sterkst in de zomer met ~0,5 °C. De data in de grafiek hebben betrekking op de gemiddelde etmaaltemperatuur. Lees verder