Antarctica smelt wel/niet/weten-we-eigenlijk-niet

 

Bron:  Volkskrant

Het was de afgelopen weken een dolle boel in klimaatland. Maar liefst 2 publicaties over Antarctica zagen het licht. Op bovenstaand beeld uit de Volkskrant van 14 juni j.l. wordt het artikel uit Nature aangekondigd. Met een vette kop wordt het onheil aangekondigd. Een bijpassende foto was snel gevonden. Rampspoed rond de Noordpool wordt al enkele decennia vergezeld van een zielig eenzame ijsbeer op een afdrijvende ijsschots. Bovenstaande foto is de Antarctische tegenhanger. Een plaatje van een eenzaam? dier is een probaat propagandamiddel.

De publicatie van het IMBIE-team beschrijft de massabalans van de Antarctische ijskap tussen 1992 en 2017. INMBIE is ‘ice sheet mass balance inter-comparison exercise’, een samenwerkingsverband van ESA en NASA waarin wetenschappers met behulp van satellietdata de ijskap van Antarctica meten.  Conclusie: de massabalans van Antarctica is negatief in deze periode, dat wil zeggen dat er meer afgaat dan bijkomt. Dat geldt dan vooral voor West-Antarctica. Het ijs op Oost-Antarctica groeit aan volgens de onderzoekers. Dat onderzoek wordt gedaan door het toepassen van satellietdata en modellen.

Nu is het op Antarctica bitter koud, en daar is in de periode 1992-2017 geen verandering in gekomen. Dus die massabalans van West-Antarctica heeft geen last van extra afsmelten vanwege hogere luchttemperaturen.  De factoren die verantwoordelijk zijn voor die versnelde afname hebben te maken met veranderingen in  de omringende oceaan, waardoor ijsplaten afbraken en ijs in de oceanen verdween. In het bericht van 25 januari 2018 heb ik daar al eens over geschreven.

Bron:  Nature

De publicatie is het resultaat van een aantal onafhankelijke onderzoeken naar de massabalans. Wat opvalt aan de gepresenteerde cijfers is dat de spreiding van de resultaten van al die onderzoeken best welk groot is en dat de foutenmarges soms erg  groot zijn.  Michiel van de Broeke, een Nederlandse onderzoeker:  ‘We beperken ons in deze studie tot het presenteren van de waarnemingen. Het analyseren van de oorzaak is de volgende stap. Dat het komt door klimaatverandering kunnen we op basis van deze metingen niet hard maken. Er zijn bijvoorbeeld nog veel te weinig metingen van de temperatuur van de zee rond Antarctica.

Bron: Volkskrant

Hoogleraar Sybren Drijfhout (geen co-auteur) reageerde in de Volkskrant wat zuinigjes op de publicatie, en vond sommige cijfers – met name data die zijn afgeleid van schaarse veldmetingen – wat aan de hoge kant. Wel maakt hij zich zorgen over de zeespiegelstijging als gevolg van de versnelde afsmelt. Van  den Broeke over dat laatste: “Door het smelten van de Antarctische ijskap is de zeespiegel de afgelopen 25 jaar wereldwijd met 7,6 millimeter gestegen. Daarvan is 3 millimeter stijging, oftewel 40 procent, het gevolg van het smelten in de laatste vijf jaar” .

In bovenstaande grafiek is die versnelling van de zeespiegelstijging grafisch weergegeven. De knik zit rond 2006. Dat moet dan waarneembaar zijn in de zeespiegeldata aan onze eigen kust, zeker omdat vanwege de ligging van Nederland ‘tegenover’ Antarctica dat effect maximaal zou moeten zijn. We kennen in Nederland 6 hoofdpeilmeetstations: Delfzijl, Harlingen, Den Helder, IJmuiden, Hoek van Holland en Vlissingen.  Hieronder ziet u de gemiddelde jaarlijkse zeespiegelstijging van een ensemble van die 6 hoofdpeilmeetstations aan onze kust van 1900 t/m 2016. Van een versnelling in de stijging rond 2006 is geen sprake.

Data: PSMSL

Een van de aspecten van de door de onderzoekers geconstateerde afsmelt van West-Antarctica is de GIA, glacial isostatic adjustment. Dat is het fenomeen dat de aardkorst opveert als de druk van de bovenliggende ijsmassa vermindert.  Dat kan in flink tempo gaan. Nu wil het toeval dat een studie naar dat verschijnsel op West-Antarctica een week na de IMBIE-publicatie verscheen. Ditmaal was het Science die de primeur had. De kop van de Volkskrant:

Bron:  Volkskrant

De Deense onderzoekers achter deze publicatie deden onderzoek naar de snelheid van GIA met behulp van GPS meters ter plekke. Barletta et al vonden dat de viscositeit van de mantel onder de West- Antarctische ijskap veel lager is dan verwacht. Dit betekent dat als ijs verloren gaat de korst veel sneller terugveert dan eerder werd verwacht. Dat zorgt er voor dat het ijs van onderaf minder snel afsmelt. De ijskap komt bovendien vaster op de opverende ondergrond te liggen, waardoor afkalving van het ijs waarschijnlijk vermindert. Het opveren van de ondergrond van West-Antarctica gebeurt volgens de onderzoekers met een snelheid die bijna nergens op aarde voorkomt. De conclusie van de onderzoekers is dat vanwege de zeer snelle GIA in het gebied de ijskap zich daardoor kan stabiliseren.

Hier is een mooie animatie van het waargenomen effect:

Michiel van den Broeke van het eerste onderzoek prijst in de Volkskrant het ‘schoolvoorbeeld van klassiek, hoogstaand’ onderzoek van de Denen:  ‘Metingen leiden tot modelvorming waarmee vervolgens uitspraken kunnen worden gedaan over de toekomst. Een model waarin data over de ijskap worden gekoppeld aan data over de aardmantel, zal meer duidelijkheid moeten bieden over mogelijke stabilisatie van de ijskap.’ Ik ben het met hem eens: het Deense onderzoek zit goed doortimmerd in elkaar, voor zover ik dat kan beoordelen. Eerst voldoende betrouwbare meetgegevens verzamelen voordat je wat concludeert.

De conclusie van deze stoelendans rond het Antarctische ijs is mijns inziens dat het nog te vroeg is om met voldoende zekerheid iets te zeggen over de gedragingen van de ijskap van Antarctica in de nabije toekomst. Het onderzoek is pas kort geleden op gang gekomen en er ontbreken nog teveel data over de massabalans van de ijskap. Een voorbeeld daarvan is dat de onderzoekers van de eerste publicatie ook de GIA gebruikten voor de altimetrische berekeningen van de massabalans. Ze maakten gebruik van 6 modellen. In de tweede studie (de Deense) is gebruik gemaakt van GPS-zenders en is daadwerkelijk gemeten aan de opwaartse beweging van de aardkorst. Ik zou wel willen weten hoe die snelle opwaartse beweging van de aardkorst in West-Antarctica de metingen aan de massabalans uit de eerste publicatie hebben beïnvloed.

Deze snelle opeenvolging van wetenschappelijk nieuws over hetzelfde subject laat zien dat onderzoek aan de ijskap van Antarctica jong is en nog in de kinderschoenen staat. Desondanks zijn grote wetenschappelijke tijdschriften als Nature en Science er als de kippen bij om spectaculair nieuws over Antarctica te brengen. De politiek-maatschappelijke druk is groot en de geldstromen voor onderzoek zijn vaak dwingend. Het zal voor wetenschappers misschien niet meevallen om altijd voldoende afstand te houden tot dergelijke sentimenten. Zo geven volgens Van den Broeke de resultaten van het Deense onderzoek ‘eens temeer aan hoezeer het de moeite waard is de opwarming van atmosfeer en oceaan te beperken.’ . Nou vind ik zelf dat de invloed van de mens op allerlei aardse processen best wel wat minder kan, maar dat het Deense onderzoek dat ‘eens temeer’ aantoont haal ik in elk geval niet uit die publicatie. En of de mens in staat is om  ‘de opwarming van atmosfeer en oceaan te beperken‘ is maar zeer de vraag. Voor de atmosfeer lijkt dat al een hels karwei, maar de temperatuur van oceaanwater willen beïnvloeden (door middel van CO2-reductie?) is nieuw voor mij.