De Bilt geeft geen krimp

Het einde van 2017 is nabij, tijd om eens te kijken hoe het met de opwarming van ons land gesteld is. Hieronder ziet u de  jaartemperatuur van De Bilt vanaf 1997. De Bilt ligt mooi  centraal in ons land en geeft daardoor een aardig gemiddeld beeld voor het gehele land. Te ver van de kust om geen last te hebben van wat men het kusteffect noemt, te ver van de grens met Duitsland om het niet al te continentaal te maken, en ook fraai tussen noord (kouder) en zuid (warmer) gelegen.

Data:  KNMI

Ik heb gekozen voor de gemiddelde temperatuur per jaar. Die is gebaseerd op de maandgemiddelde temperatuur in De Bilt. De gemiddelde maandtemperatuur van december 2017 wordt vandaag door Meteoconsult geschat op 4,8 °C. Zoals te zien is gebeurt er vanaf 1997 weinig. De stippellijn is de lineaire trendlijn, de lijn waar alle jaargemiddelden het dichtste bij liggen. Deze lijn loopt iets omhoog, dus er lijkt een lichte verwarming in De Bilt plaats te vinden. Daarover verderop meer.

In de rechter bovenhoek is wat cijferwerk te zien. De formule y = 0,0078x + 10,524 is van de trendlijn. Die 0,0078 geeft de hoek aan van de trendlijn, die 10,524 is de y-waarde van het startpunt van die lijn links. Dus 21 jaar x 0,0078 is een stijging van 0,1638 °C in die 21 jaar.  Dat is per decennium 0,078 °C opwarming. Dat is niet veel. R2 is de  determinatiecoëfficiënt. Deze geeft aan welk gedeelte van de variatie in de jaartemperatuur door de lineaire trendlijn wordt verklaard. Met een R2  van 0,0081 is die verklaring zeer zwak.

Met regressie-analyse wordt de P-waarde bepaalt. Een waargenomen correlatie (in dit geval tussen de temperatuurlijn en de lineaire trendlijn) wordt significant genoemd als het onaannemelijk lijkt dat de correlatie op toeval berust. Vaak wordt dan de grens genomen van 5%  (0,05). Ligt de P-waarde onder de 5% dan is de correlatie significant.  Dus dat betekent dat de kans dat de correlatie op toeval berust minder dan 5% is. P is dus significant of niet significant, een beetje significant bestaat niet. In de grafiek is de P-waarde 0,349. Dat is ruim boven de grens van 0,05. Oftewel: die heel licht oplopende trend van de temperatuurlijn is hoogstwaarschijnlijk toeval. Hij had ook vlak kunnen zijn of licht aflopend.

Vooral waarden aan het begin en aan het einde van de grafiek hebben grote invloed op de trend. Dat effect is sterker naarmate de grafiek minder meetpunten heeft.

Data: KNMI

Een korte meettijd is zeer gevoelig voor de waarden aan het begin en aan het einde van de reeks. Daarom is het van belang om je beginpunt zorgvuldig te kiezen. Zie de bovenstaande grafiek. Had ik als beginpunt 1996 gekozen (relatief koud) dan was de trend groter geweest.  Had ik daarentegen als beginjaar het warmere jaar 2000 gekozen, dan was de trend van de temperatuur in De Bilt vlakker geweest. Let overigens eens op dat sprongetje in de grafiek eind jaren ’80.  Dat wordt ‘de sprong’ genoemd en daar is hier al veel over geschreven. Gebruik de zoekfunctie maar eens.

Conclusie: er is al 21 jaar geen significante stijging van de temperatuur in De Bilt. Maar het is zoals met aandelen en de meeste andere zaken in het leven: de huidige waarden geven geen garantie voor de toekomst. ;-). Een gezond 2018!