Versie 2.0 van het homogenisatierapport

In maart 2019 hebben Frans Dijkstra, Jan Ruis, Marcel Crok en ondergetekende het rapport ”Het raadsel van de verdwenen hittegolven” uitgegeven. Intussen zijn we toe aan een volgende editie.

Versie 2.0 van dit rapport is nodig omdat na de verschijning van de eerste versie belangrijke data beschikbaar gekomen zijn over de parallelmetingen in De Bilt van 1947 tot 1950. Diverse figuren werden toegevoegd en bestaande figuren verbeterd, de tekst, samenvatting en literatuurlijst werden waar nodig aangepast. Tevens zijn enige technische fouten hersteld. De wijzigingen hebben geen invloed op de conclusies van de eerste versie.

Het rapport is downloadbaar via het menu ‘downloads’ bovenaan de pagina.

Nogmaals het ingetrokken Nature artikel

Gisteren schreef ik over de ingetrokken publicatie van Resplandy et al. Ik verbaasde me toen over de luchtige wijze waarop zowel journalist Keulemans als wetenschapper Drijfhout op de zaak reageerde. Daar wil ik nog even op terugkomen. In het Volkskrantstuk van Keulemans staat de volgende alinea:

Bron: Volkskrant

Zowel  Keulemans als Drijfhout beweren in het artikel dat het IPCC in haar recente oceaanrapport geen gebruik hebben gemaakt van de ingetrokken publicatie van Resplandy et al. Maar dat is niet waar.

Lees verder

Alarmistisch artikel in Nature teruggetrokken

Bron: Nature

Een artikel in Nature van Resplandy et al in Nature van oktober 2018 is vorige week door de auteurs ingetrokken, op verzoek van Nature. Reden was dat de Britse wetenschapper en statisticus Nic Lewis ontdekte dat er elementaire fouten waren gemaakt in de berekeningen. In bovenstaande figuur ziet u de aankondiging in Nature.

De officiële reden ziet u hier:

Bron: Nature Lees verder

Het gaat nog steeds steeds goed met de ijsbeer

In december 2018 schreef ik een bericht over de poolonderzoekster Susan Crockford. Ze had het gewaagd om een (peer reviewed) paper te schrijven waarin de conclusie was dat het met de ijsberen in het Arctische gebied beter gaat dan in minstens 5 decennia daaraan voorafgaand. Maar ja, als je aan een icoon komt van het klimaatalarmisme, dan zwaait er wat.

Dus schreef het linkse grachtengordelkrantje NRC er een naar stukje over, en een aantal wetenschappers/activisten schreeuwden moord en brand: Crockford moest het zwijgen opgelegd worden.  Ook in Nederland was er er een groepje aan diverse universiteiten dat nare dingen zei. Wetenschapper zijn en tegelijk activist kan natuurlijk niet, Popper zou zich in zijn graf omdraaien. Ik denk dat wetenschappers die in de media te hoop lopen tegen een peer reviewed publicatie minimaal door de universiteit tot de orde geroepen moeten worden. Maar tegenwoordig kan blijkbaar alles, voor de ‘goede’ zaak.

Nu heeft Susan een aardig videootje opgenomen over de status van de ijsbeer. Het gaat goed met de ijsbeer! Wat fijn voor de ijsbeer, wat erg voor de klimaatalarmisten!

Prof Lindzen spreekt

Dat is de titel van een nieuwe column van Leon de Winter. U kunt die hier lezen. De Winter haalt LIndzen aan over de complete klimaatgekte die momenteel heerst en duidt de belangengroepen die achter die hysterie steken. Richard Lindzen is emiritus hoogleraar in de atmosferische wetenschappen aan het MIT en een gewaardeerd wetenschapper.  Lezen dus die column zou ik zeggen.

Hieronder een korte video waarin Lindzen wijze relativerende woorden spreekt over alle heisa op en in de media over klimaatverandering:

 

De waarheid van een 16-jarige

Bron: South China Morning Post

Bovenstaande beelden hoef ik waarschijnlijk niet te introduceren. Ik zal me onthouden van psychiatrische beschouwingen over dit meisje want ik ben in dat veld volledig onbevoegd. Wel vraag ik me af hoe het in ’s hemelsnaam mogelijk is dat een kind de UN toe mag spreken. Nou ja, de UN, ik heb begrepen dat alleen die mensen uitgenodigd waren die positief staan ten opzichte van de actie van dit meisje. Ik weet zeker dat dit optreden en alle andere heisa rond dit meisje nauwkeurig georkestreerd is door volwassenen die belangen hebben.

Het meisje heeft hierna nog meer gezegd, wat in deze video niet getoond wordt.  Dat waren beweringen van klimatologische aard die meer activistisch dan wetenschappelijk waren en die zeker voor dit meisje door haar regisseurs op papier zijn gezet. Ik ben 40 jaar docent geweest in het VO en kan u verzekeren dat geen enkel jong mens van 16 dergelijke woorden zelf zou bezigen.

Ik haal uit haar toespraak een zin: “People are suffering, people are dying, entire ecosystems are collapsing.”  Het is nogal wat, en dat allemaal vanwege recente klimaatveranderingen. Ik denk dat dat allemaal nogal meevalt. Over het lijden van mensen kan ik niets zeggen, en dat gehele ecosystemen in elkaar storten lijkt me erg overdreven. Ik heb er in elk geval uit serieuze bronnen niets van vernomen. Maar die doden, dat wordt wel bijgehouden, en wel door het CRED.

In 1988 startte CRED (Centre for Research on the Epidemiology of Disasters) van de Universiteit van Leuven (België) de Emergency Events Database. EM-DAT werd gecreëerd met steun van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Belgische overheid. Het hoofddoel van de database is ondersteuning van humanitaire acties op nationaal en internationaal niveau. EM-DAT moet o.a. een objectieve basis bieden voor de besluitvorming van rampenbestrijding.

Onderstaande figuur is afkomstig van de nota “Natural Disasters 2018” . Lees verder

Burgermanifest tegen het klimaatbeleid


Op de blog van journalist Syp Wynia verscheen een paar dagen geleden  een open reactie van zijn hand op het op handen zijnde Klimaatplan van de regering Rutte. De regering  heeft (een beetje stiekem) een paar weken geleden een ‘publieksconsultatie’ geopend op het internet om te weten te komen wat ‘het volk’  van de onzalige plannen vindt. Wynia’s reactie is het begin van een burgermanifest tegen de plannen van Rutte 3. Lees verder

De wind in Nederland sinds 1904: de herfst

Dit zijn alweer de laatste drie maanden van de 12 die ik de afgelopen 2 weken bekeken heb. De echte windrichtingsignalen springen alle kant op. Om toch trends te kunnen waarnemen heb ik de data gesmoothed met een LOESS-filter span 0.3. Voor de lange periode 1904 t/m 2018 betekent dit dat trends duidelijk zichtbaar worden maar details verdwijnen, precies wat ik nodig had. Overigens ben ik van mening dat een dergelijke smoothing spaarzaam ingezet moet worden, alleen wanneer dat perse noodzakelijk is.


September ziet er bijzonder uit. Van de zeven windrichtingen steekt er 1 met kop en schouders boven de rest uit: SW.  Dat is al zo sinds de jaren ’20 van de vorige eeuw.  Sinds 2000 neemt de dominantie van SW in deze maand sterk toe, met als gevolg dat september daardoor sinds 2000 warmer geworden is. De andere windrichtingen laten weinig beweging zien de afgelopen 115 jaar.


Ook in oktober is  de SW wind dominant vanaf de jaren ’20, het aandeel blijft sindsdien rond de 25% van de dagen schommelen.  Opvallend is het grote aandeel van S wind in deze maand: sinds de jaren ’70 waait gemiddeld 20% van de oktoberdagen de wind uit de zuidhoek.  De andere windrichtingen laten weinig beweging zien. Al een eeuw lang zorgen dus de dominante SW en S wind voor vaak zachte oktobermaanden in Nederland.


Dat laatste geldt zeker ook voor november, de verdeling van de windrichtingen lijkt sterk op die van oktober. Opvallend is de bult in SW tussen 1960 en 1990 en de stijging van SW en S vanaf 1990. Ook in deze maand komt er de afgelopen decennia regelmatig veel zachte lucht Nederland binnenwaaien.

Die dominantie van SW en S wind is niet alleen iets voor de herfstmaanden: in december en januari blijven beide windrichtingen dominant. Pas in februari waait de Nederlandse vlag zodanig dat we kans hebben op ‘echt’  winterweer.

Er zijn twee zaken die me in de 12 maanden het meeste opgevallen zijn. Dat is in de eerste plaats dat het aandeel van SW wind in het jaarlijkse windpatroon al sinds het begin van de metingen in 1904 stijgt. Dat aandeel van SW wind is in die 115 jaren met maar liefst 27% toegenomen. Hier hebben we ongetwijfeld een belangrijke oorzaak van de gestegen temperatuur in ons land te pakken. De NAO?


Het tweede dat me opviel is het keerpunt rond 2000. Rond dat jaar verandert het aandeel van alle windrichtingen opvallend sterk. Er zijn meer van dergelijke keerpunten waarneembaar, maar die van 2000 is het sterkste. De ligging van hoge- en lagedrukgebieden boven Europa en het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan bepaalt de windrichting in ons land. Het bestaan van keerpunten zou dus betekenen dat de luchtdrukverdeling in onze regio in plaats van geleidelijke veranderingen meer stapsgewijze verschuivingen laat zien. Ik ben dat al vaker tegengekomen. Iets om over na te denken.

De wind in Nederland sinds 1904: de zomer

In het vorige bericht heb ik laten zien wat de trend zijn in windrichting in De Bilt voor de lente.  In dit bericht bekijk ik de trends sinds 1904 voor de zomer:


In de junigrafiek is het opvallend dat gedurende de gehele periode E, SE en S wind slechts een kleine rol van betekenis spelen. De dominante windrichtingen variëren van SW tot NE. In de jaren ’70 van de vorige eeuw is een breekpunt te zien: SW en W nemen toe, terwijl N en NE afnemen. Voor de juni maand betekent dat hogere temperaturen. Het tweede breekpunt ligt rond 2000. SW stabiliseert op een hoog niveau terwijl W sterk afneemt en N sterk toeneemt. Dat laatste betekent dat de maand juni de afgelopen jaren zo nu en dan verrassend frisse dagen kende.


Juli toont na 1950 dezelfde twee breekpunten als juni, namelijk de jaren ’70 en rond 2000. De jaren ’70 geven een grote shift te zien in SW en W. Dat betekent opwarming: SW komt anticyclonaal naar ons toe en is daardoor maritiem tropische luchtsoort, terwijl W deels cyclonaal naar ons land toe beweegt en daardoor (deels) maritiem polaire lucht is met lagere temperaturen. Vanaf de jaren ’70 zien we ook een gestage toename van het percentage dagen met S wind. Opwarming dus. Vanaf 2000 zien we NW toenemen en E afnemen.


Ook voor augustus is er een breekpunt in de jaren ’70 waarbij SW en W sterk toenemen en NE en N afnemen. Opwarming derhalve. Ook hier een sterke verschuiving rond 2000 waarbij SW , W en vooral S heel sterk toenemen. NW, N,  NE en E (de koude hoek) nemen sterk af en spelen de laatste jaren slechts een kleine rol in augustus.