Die zon nogmaals

De opmerkelijk grote toename in de afgelopen decennia van de hoeveelheid zonne-energie in de 5 hoofdstations van het KNMI bracht me in het vorige bericht tot de uitspraak: “….dat het me niet zou verbazen als deze factor verantwoordelijk is voor een aanzienlijk deel van de temperatuurtoename in De Bilt vanaf 1980. ”  Omdat ik daar niet mee tevreden was heb ik bekeken of ik die kwalitatieve uitspraak zou kunnen ondersteunen met een paar cijfers.

Fig. 1  Bron: Trenberth

Sommigen werden wat zenuwachtig van die J/cm2 in het vorige bericht, dus heb ik die cijfers omgerekend naar W/m2.  Vermogen is energie per seconde. De eenheid van vermogen is Joules per seconde (J/s). In plaats hiervan wordt vaak de eenheid Watt (W) gebruikt. Dus 1 Watt is 1 J/s. Die W/m2 wordt ook gebruikt in de bekende energiebalans van de aarde van Trenberth, zie figuur 1.

In de figuur is te zien dat er volgens Trenberth gemiddeld  184 W/m2 het aardoppervlak bereikt. Daarvan wordt dan 23 W/m2 gereflecteerd, zodat 161 W/m2 over blijft om geabsorbeerd te worden door het aardoppervlak. Omdat ik vermoed dat de pyranometer van het KNMI een hele lage reflectiewaarde heeft zal de meter waarschijnlijk vrijwel alle invallende straling meten. Die 184 W/m2 is een gemiddelde voor de gehele aarde. In ons land zijn de getallen gemiddeld voor het gehele jaar wat  lager ( ongeveer 120 W/m2) vanwege de relatief hoge breedteligging. In de zomer liggen de waarden rond de 215 W/m2. Lees verder

De zon heeft het gedaan

Hoe warm het op een bepaald moment en op een bepaalde plaats is wordt door een complex van factoren bepaald.  Twee belangrijke factoren zijn de hoeveelheid stralingsenergie van de zon die binnenvalt en de aanvoer van energie uit andere gebieden. In dit bericht bekijk ik de stralingsenergie van de zon in ons land.

Solar irradiation is de stralingsenergie van de zon op een oppervlak per tijdseenheid.  Het KNMI drukt die uit in J/cm2 in een etmaal. Een andere veel gebruikte eenheid is W/m2. Al enkele malen liet ik zien dat er opzienbarende dingen gebeuren met die irradiation in ons land. In dit bericht ga ik de data bekijken van de 5 hoofdstations, namelijk De Bilt, Vlissingen, De Kooy, Eelde en Maastricht. In De Bilt wordt vanaf 1957 gemeten, in Vlissingen sinds 1964 en op de andere stations sinds 1965.

De hoeveelheid zonne-energie die de aarde ontvangt aan de buitenkant van de atmosfeer is ongeveer 1361 W/ m2.  Die TSI  (Total Solar Irradiance) schommelt een beetje in de tijd:

Fig. 1  Bron: University of Colorado

Die variantie is echter zo klein dat we spreken van de zonneconstante. Verschillen in temperatuur aan het aardoppervlak in de afgelopen decennia kunnen er in elk geval niet mee verklaard worden. Lees verder

Nogmaals hittegolven in Nederland

In het vorige bericht heb ik wat commentaar gegeven op het interview met Geert Jan van Oldenborgh van het KNMI in het ED over de huidige hittegolf, zie hier. Op diezelfde dag verscheen er ook een interview met Van Oldenborgh in de Volkskrant, ook over de hittegolf, zie hier.

De Volkskrant had er een fraaie grafiek bij laten maken.  Als u de link naar het artikel volgt kunt u die grafiek zien. Wat vooral opvalt is dat er nauwelijks hittegolven waren tot 1975 en daarna best veel. Ik heb in mijn vorige bericht verteld dat dat vooral komt omdat het KNMI in 2016 de gemeten maximum dagtemperaturen van De Bilt tussen 1901 en 1951 drastisch heeft verlaagd. Ten onrechte denk ik, ik heb dat in het vorige bericht proberen uit te leggen. In het hittegolfrapport is dat allemaal uitgebreid uitgelegd.

Daarom in dit bericht een grafiek die ik heb gemaakt op basis van de gemeten temperaturen op station De Bilt. Ditmaal niet van het aantal hittegolven, hoewel er op basis van de gemeten temperaturen plotseling best veel hittegolven weer opduiken tussen 1901 en 1951. Maar het ‘instrument’  hittegolf is een beetje grof vind ik. De definitie in Nederland is een periode in De Bilt van tenminste 5 aaneengesloten zomerse dagen (≥25 °C) waarvan tenminste drie tropische dagen (≥30 °C). Daardoor tel je ‘loshangende’ tropische dagen niet mee als die niet ingebed zijn in een periode van tenminste 5 zomerse dagen. Terwijl die wel een indicatie kunnen zijn voor klimatologische veranderingen.

Een beter instrument is het aantal tropische dagen per jaar. Daar heb ik een grafiek van gemaakt op basis van de gemeten temperatuur in De Bilt, niet op basis van de cijfers die er na de homogenisatie uit rolden.

Fig. 1  Data: KNMI Lees verder

Hittegolven in Nederland

Geert-Jan van Oldenborgh, een bekende klimaatwetenschapper van het KNMI, is door het Eindhovens Dagblad geïnterviewd naar aanleiding van de periode van zeer warme dagen momenteel. Dat interview kunt u hier lezen.

Fig.1  Bron:  Eindhovens Dagblad

Mijn aandacht werd natuurlijk in de eerste plaats getrokken door de alarmerende kop dat de hittegolven in de toekomst nog extremer gaan worden. Ik was benieuwd waarop  Van Oldenborgh dat baseerde, maar dat werd in het artikel niet duidelijk.  Ook zal wellicht a.s. woensdag een record gebroken gaan worden, namelijk de langste hittegolf ooit. Een hittegolf in Nederland wordt gedefinieerd als een periode in De Bilt van tenminste 5 aaneengesloten zomerse dagen (≥25 °C) waarvan tenminste drie tropische dagen (≥30 °C).

Nu zijn er heel veel weerrecords die gebroken kunnen worden. Zo zijn er per jaar al 366 dagen waarop de hoogste maximum etmaaltemperatuur (Tx) gebroken kan worden. Datzelfde geldt voor de laagste Tx, voor de laagste Tn (minimum etmaal temperatuur) en de hoogste Tn. Dat zijn al 4×366= 1464 etmaalrecords die gebroken kunnen worden.  Daar komen dan de aantal zomerse dagen bij, tropische dagen, hittegolven,  et cetera et cetera. En dan hebben we het alleen nog maar over de temperatuur: er zijn ook heel veel neerslagrecords, windrecords enzovoorts die gebroken kunnen worden. Lees verder

Warmterecord zonder kouderecords?

De Telegraaf kopte vandaag op haar website:

Bron: Telegraaf

Het ging om de maximum temperatuur (Tx) die in De Bilt vandaag steeg tot 34,6 °. De krant vervolgt: “Het oude record dateert uit 1975. Toen werd het in De Bilt 32,9 graden. Het is alweer het zesde officiële datum-warmterecord van het jaar. Daar tegenover staan geen kouderecords.”

Jammer Telegraaf, maar dat is niet waar. Ik schreef drie dagen geleden al dat de KNMI-stations Vlieland, Lauwersoog, Nieuw-Beerta, Hoorn (Terschelling) en Leeuwarden alle hun laagste maximumtemperatuur (Tx) record vermorzeld zagen worden op 9 juli j.l.

Ik schreef in dit bericht: “Waarom ik dit ‘oude’  nieuws nu breng? Omdat main stream media er als de kippen bij zijn om warmterecords prominent naar voren te brengen maar muisstil zijn als er koude-records zijn gebroken. En vooral om een beetje tegenwicht te vormen tegen de komende berichten in diezelfde msm over de warme dagen die voor ons liggen.”

Nou, daar hoefde ik niet lang op te wachten blijkt maar weer. Voor zover ik kan nagaan heeft alleen Weerplaza vorige maand over het kouderecord bericht. Alle andere media waren muisstil… De Amerikaanse site electroverse.net http://electroverse.net/ bericht overigens vrijwel dagelijks over kouderecords die her en der op aarde gebroken worden. Zoals bijvoorbeeld in Tasmanië (Australie):

Bron: electroverse

En op veel meer plaatsen in de wereld worden de laatste tijd kouderecords gebroken. Dus, Nederlandse media, probeer over weer en klimaat eens wat evenwichtiger te schrijven. Dat is helemaal niet moeilijk: niet meer de persberichten van weerbureau ’s klakkeloos kopiëren maar gewoon verder kijken dan je neus lang is.

Keep cool!

Kouderecords in juli

Ik denk dat veel lezers verbaasd zullen opkijken als ik vertel dat de titel van dit bericht slaat op recente temperaturen in Noord-Nederland. Dat was namelijk vrijwel nergens te lezen, alleen weerplaza.nl berichtte erover.

En de Amerikaanse website electroverse.net dat met grote regelmaat weernieuws brengt dat de main stream media niet haalt. Dus vooral kouderecords. Dit is hun bericht:

Bron: electroverse.net

De stations Vlieland, Lauwersoog, Nieuw-Beerta, Hoorn en Leeuwarden zagen alle hun laagste maximumtemperatuur in een etmaal (Tx) record vermorzeld worden op 9 juli j.l. Alleen Eelde tikte met 14,2 °C net iets hoger aan dan het oude record van 14,0 °C uit 1909. Het zou met niet verbazen dat dat laatste komt door het grote zonnepark dat het afgelopen jaar tegen het KNMI meetveldje van Eelde is aangebouwd. Daardoor voldoet het meetstation Eelde niet meer aan de eisen die door de WMO gesteld worden aan eersteklas meetstations. Het KNMI weet dit maar beweegt voorlopig niet.

Waarom ik dit ‘oude’  nieuws nu breng? Omdat main stream media er als de kippen bij zijn om warmterecords prominent naar voren te brengen maar muisstil zijn als er koude-records zijn gebroken. En vooral om een beetje tegenwicht te vormen tegen de komende berichten in diezelfde msm over de warme dagen die voor ons liggen. Keep cool! 🙂

Energiegebruik in Nederland

Fig. 1  Bron: https://ourworldindata.org/energy

Na twee verhelderende bijdragen van Wilfred van Rooijen over nucleaire energie lijkt het tijd om een en ander in een wat breder perspectief te plaatsen. Welvarende landen gebruiken grote hoeveelheden energie. Sterker: het hoge welvaartspeil is te danken aan die grote stromen energie. In fig.1 is goed te zien dat hogere welvaart (in dit geval BNP per inwoner) samen gaat met een hoger energiegebruik per inwoner.

Fig. 2  Bron: https://ourworldindata.org/energy

Dat hogere energiegebruik is voorzichtig begonnen met de opkomst van de industrie in West Europa en Noord-Amerika zo’n 200 jaar geleden. Vóór die tijd bestond de ingezette energie  uit hout, menselijke en dierlijke spierkracht en wat wind- en watermolens. Deze energie-input was beperkt van omvang en bijgevolg was de omvang van de productie ook beperkt. Dat veranderde door de opkomst van de eerste fabrieken, aangedreven door stoommachines die van energie werden voorzien door steenkool. Daarmee had men in feite een quasi ‘oneindige’ input van energie ter beschikking waardoor de productie sterk toenam. Het welvaartsplafond van de agrarisch-ambachtelijke samenleving was daarmee doorbroken en de welvaart steeg. Voor de arbeiders duurde het  nog meer dan een eeuw voordat ook zij konden delen in de gestegen welvaart. In fig. 2 is goed te zien dat het energiegebruik overigens pas echt fors toenam na de Tweede Wereldoorlog. Lees verder

Kernenergie en thoriumreactoren deel 2

Enkele weken geleden schreef kernreactorfysicus Wilfred van Rooijen een bijdrage over kern- en thoriumreactoren. Er zijn de laatste tijd nogal wat enthousiaste berichten over het mogelijke gebruik van thorium als brandstof voor een nieuw type reactor. Van Rooijen gaat daar nader op in in dit bericht.

Onzin over thoriumreactoren.

Prof. Dr. Ir. W.F.G. van Rooijen, Associate Professor kernreactorfysica, University of Fukui, Japan

Als vervolg op mijn bijdrage over kernenergie in het bericht van 7 juli j.l. wil ik in dit bericht de claims in de vergelijking tussen de conventionele kernreactor en de thoriumreactor nader bekijken. Figuur 1 suggereert dat een conventionele kernreactor (lichtwaterreactor, LWR, zoals de centrale in Borssele) per jaar maar liefst 35 ton kernafval produceert dat miljoenen jaren gevaarlijk blijft, terwijl een thoriumreactor slechts 1 ton afval produceert dat slechts 300 jaar gevaarlijk blijft. Ik heb beide claims doorgerekend.

Figuur 1: claims omtrent het brandstofverbruik van een conventionele lichtwaterreactor (“uranium-fueled LWR plant”) en een LFTR (“Liquid Fluoride Thorium Reactor”, of “Liquid Fuel Thorium Reactor”).
Bron: https://en.wikipedia.org/wiki/Liquid_fluoride_thorium_reactor

Lees verder

Eenzijdige berichtgeving

Ik heb onlangs geschreven over wat er in Siberië dit jaar met het weer aan de hand is, zie hier en hier.In het eerste bericht schreef ik dat er in de main stream media alleen maar aandacht is voor een regio waar het de afgelopen maanden warmer was dan normaal (Siberië), terwijl er helemaal geen aandacht is voor de ‘keerzijde van de medaille’, namelijk de regio’s waar het juist kouder was dan gewoonlijk.

Bron: Climate4you

Op bovenstaande kaart wordt de juni-temperatuur vergeleken met die van de juni-temperaturen van de afgelopen 10 jaren. In juni was het inderdaad in Oost-Siberië warmer dan gewoonlijk, eigenlijk al vanaf de winter. Ik heb beschreven wat daarvan de oorzaken waren.  Maar tegelijk zien we dat het  in grote delen van Rusland, Europa en Noord-Amerika kouder was dan normaal. Maar ook in India , Zuid-Amerika en zelfs in Afrika was het in juni relatief koud!

Bron: Fins Meteorologisch Instituut

De sneeuwbedekking op het NH was groter dan gewoonlijk zoals in deze grafiek te zien is, en smolt later af dan gewoonlijk.

Ook in Noorwegen, dat op het kaartje in juni wat warmer was dan normaal, was de sneeuwbedekking dit voorjaar veel uitgestrekter dan normaal:

Bron: www.cyo.met.no

Een lezer berichtte: “Ook in Noorwegen ligt er nog veel sneeuw waardoor de Rallarwegen pas heel laat dit jaar helemaal berijdbaar zal zijn: als het niet te koud blijft pas vanaf 1 augustus. Zie https://www.rallarvegen.com/rallarvegen-report . Voor zover ik weet is in een normaal jaar de weg eind juni begin juli helemaal open.”

Bron: https://www.rallarvegen.com/rallarvegen-report

Ook vanuit de USA en Canada regende het de afgelopen maanden berichten over extreme koude en late sneeuwval, alleen niet in de msm.

Conclusie: de meeste media in Nederland (radio, tv, kranten) brengen u geen betrouwbare  informatie over het weer en klimaat, maar dragen vooral de boodschap uit van de apocalyptische opwarming door de mens. Wees dus op uw hoede.

De tien stellingen van professor Berkhout

Bron: Wikipedia

Op 11 juni 2020 heeft Guus Berkhout een open brief gestuurd aan de President van de KNAW. De brief is gebaseerd op CLINTEL’s wetenschappelijke manifest, Audiatur et Altera Pars, dat bestaat uit tien stellingen. Hierin worden de regels geformuleerd van onafhankelijke wetenschapsbeoefening.

In onderstaande video legt Berkhout uit wat die tien stellingen behelzen, ik heb ze voor de duidelijkheid uitgetypt. Het zijn eigenlijk algemene stellingen hoe men zich in de wetenschap dient te gedragen. Niet perse toegespitst op de klimatologie maar feitelijk wel bedoeld voor beoefenaren van die jonge tak van de wetenschap. Dat sommige klimaatwetenschappers nogal losjes omgaan met de wetenschappelijke mores heeft ongetwijfeld te maken met de grote maatschappelijke en politieke belangen die er mee gemoeid zijn. Hypothesen veranderen dan makkelijk in dogma’s en de wetenschap krijgt religieuze trekjes.

Luther nagelde zijn 95 stellingen op de kerkdeur van Wittenberg, althans dat is het verhaal. Een goede plek voor stellingen die de kerk betreffen lijkt me. Guus Berkhout heeft zijn stellingen over wetenschapsbeoefening afgeleverd waar deze thuis horen: bij de President van de KNAW.

Dit zijn de tien stellingen van Berkhout:

1             Complexe vraagstukken, zoals klimaatverandering, vragen nauwe samenwerking tussen een groot aantal uiteenlopende wetenschappelijke disciplines.

2             Hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek kent een grote diversiteit aan invalshoeken, zonder dogma’s en zonder vooroordelen.

3             Geloof in modellen is geloof in de aannames. Alleen juiste aannames leiden tot een juist eindantwoord. Het gebruik van supercomputers doet daar niets aan af.

4             Met voldoende parameters lukt het altijd om metingen uit het verleden te reconstrueren. Succesvolle reconstructie zegt echter weinig over de juistheid van modellen.

5             In wetenschappelijke vooruitgang hebben metingen het laatste woord. Doorbraken in de wetenschap worden geïnitieerd door het beschikbaar komen van betere metingen.

6             De geschiedenis van de wetenschap laat keer op keer zien dat nieuwe inzichten niet komen van volgers, maar van andersdenkenden.

7             Scheiding van wetenschap en politiek is een groot goed. Academies van Wetenschappen moeten wetenschappers beschermen tegen inmenging van politieke ideologieën.

8             Academies van Wetenschappen hebben de verantwoordelijkheid om de samenleving te waarschuwen voor onzinnige conclusies die volgen uit onvolwassen modellen.

9             Om onzinnig overheidsbeleid te voorkomen, moet de wetenschap meer inzicht verschaffen in de maakbaarheid van de wereld om ons heen.

10           ‘The science is settled’ is een consensusuitspraak, die nooit door integere wetenschappers gebruikt zal worden.