Antarctica en het journaal

Fig.1    Screenshot NOS journaal

Media als tv, radio en kranten waarschuwen regelmatig voor fake nieuws. Het is opmerkelijk dat dan met name misinformatie bedoeld wordt op het internet, vooral bij social media. Zelden of nooit wordt de hand in eigen boezem gestoken. Dat verbaast me, want traditionele media zijn niet vrij van smetten. Daarom ben ik zeker ook op mijn hoede bij traditionele media.

Op het gebied van klimaat is de berichtgeving vaak slecht en alarmistisch. Zo is de Volkskrant berucht vanwege de bijna activistische wijze waarop er over klimaat-items wordt bericht, maar radio en tv kunnen er ook wat van. Ik vermijd dergelijke misinformatie zo veel als mogelijk, maar soms ontkom ik er niet aan en zie bij het zappen even een flard langskomen. Dat gebeurde kort geleden ook weer, op vrijdag 17 februari j.l. bij het NOS journaal van 18 uur (vanaf 10:00) .

Het was een kort item over Antarctica. Ik heb een paar screenshots genomen en het commentaar erbij uitgeschreven, dat uit 3 zinnen bestaat: “ Sinds de eerste metingen begin jaren ’70 heeft er nog nooit zo weinig ijs op Antarctica gelegen. Het is daar nu zomer en er ligt relatief weinig ijs, maar dit is wel heel weinig. Er ontbreekt nu een gebied met zeeijs ter grootte van 21 x Nederland.”


Fig.2    Bron: NASA

Een argeloze kijker wordt hier volstrekt op het verkeerde been gezet. Antarctica is een continent, bedekt met landijs dat gemiddeld zo’n 2200 m dik is. Op de sommige plaatsen bereikt het landijspakket een dikte van bijna 4800 m. Met die hoeveelheid landijs gebeurt vrij weinig. De bewering van het NOS journaal dat er al vanaf begin jaren ’70 aan dat landijs gemeten wordt lijkt me onjuist. Pas vanaf 1992 wordt er met behulp van satellieten aan het landijs gemeten, in eerste instantie met behulp van altimetrietechnieken, vanaf 2002 met gravimetrietechnieken (satelliet Grace).

De grafiek van figuur 2 ziet er dramatisch uit, maar is het niet: met een totale ijsmassa van 27.000.000 Gt zou met het tempo van de afname sinds 2002 (169 Gt/jaar) meer dan 150.000 jaar duren voordat het ijs op Antarctica verdwenen is. Gezien de zeer korte periode dat er serieus gemeten wordt aan het Antarctische landijs is het volstrekt onzeker of de lichte afname die we zien sinds 2002 ook werkelijk een trend is die doorzet. Er lijkt in 2020 een trendbreuk waarneembaar, maar niets is zeker in dergelijke korte meetreeksen.


Fig.3    Bron: King et al 2012

Figuur 3 is afkomstig van een artikel van King et al in Nature, en toont per afstroombekken op Antarctica de veranderingen in de massabalans op basis van de Grace data tussen 2002 en 2010. Die massabalans is de uitkomst van wat er aan ijs bijkomt (door sneeuw) minus wat er door afstroming van ijs afgaat.  Een klein beetje verdwijnt door sublimatie en smelt. King et al: “We resolve 26 independent drainage basins and find that Antarctic mass loss, and its acceleration, is concentrated in basins along the Amundsen Sea coast. Outside this region, we find that West Antarctica is nearly in balance and that East Antarctica is gaining substantial mass.”

Fig.4    Bron: Singh et al 2020

Recent onderzoek van Singh et al in Nature wijst uit dat het Antarctische continent de laatste zeven decennia niet is opgewarmd, ondanks een constante toename van de atmosferische concentratie van broeikasgassen. Figuur 4 toont de gemiddelde oppervlaktetemperatuur anomalie op Antarctica over de periode 1984-2014 vergeleken met de periode 1950-1980.
De hoogtelijnen tonen de hoogte boven zeeniveau (in m).

De figuur laat zien dat slechts een klein deel van het continent, met name het schiereiland West Antarctica, opwarming vertoont. Het grootste deel van Antarctica laat afkoeling zien. De grote hoogteligging van de Antarctische ice sheet zou daar een belangrijke rol in spelen.

De eerste twee zinnen van het NOS-commentaar ( “ Sinds de eerste metingen begin jaren ’70 heeft er nog nooit zo weinig ijs op Antarctica gelegen. Het is daar nu zomer en er ligt relatief weinig ijs, maar dit is wel heel weinig.”) zijn dus volstrekte onzin. Maar in de laatste zin ( “ Er ontbreekt nu een gebied met zeeijs ter grootte van 21 x Nederland.” )  komt de aap uit de mouw: het gaat helemaal niet over het ijs op Antarctica maar over het zeeijs (drijfijs) rondom Antarctica. Dat zeeijs neemt ’s winters toe en ’s zomers af:


Fig. 4    Bron: NRLSSC

Figuur 4 is een animatie van de veranderingen van de oceaantemperatuur en het zeeijs oppervlak gedurende een jaar van eind 2017 tot eind 2018. Het continent Antarctica wordt aangegeven met de beige kleur en het zeeijs rondom het continent met een lichtgrijze kleur. Dat zeeijs kent een minimum oppervlakte rond eind februari.


Fig.5    Screenshot NOS journaal 17-2-2023

Het screenshot van figuur 5 toont het kaartje dat het NOS journaal aan het einde van het bericht liet zien. Die vreemde blauwe vlekken rond Antarctica zijn bij nadere inspectie blauwe kaartjes van Nederland , waarschijnlijk 21 😉 ( “ Er ontbreekt nu een gebied met zeeijs ter grootte van 21 x Nederland.” ).  Ik denk dat het de  bedoeling is dat die kaartjes op die plekken liggen waar nu geen zeeijs is maar ‘normaal gesproken’ wel. Maar zeker weet ik dat niet, ik heb nog nooit zo’n raar kaartje gezien. De vergelijking met 21x het oppervlak van Nederland moet waarschijnlijk de dramatiek verhogen. En wat betekent ‘normaal gesproken’?


Fig.6    Bron: NSIDC

Is het oppervlak zeeijs rond Antarctica werkelijk dramatisch laag? Figuur 6 is de meest recente grafiek en is bijgewerkt t/m 18 februari 2023. De grafiek laat zien dat er van een dramatische situatie geen sprake is. Het zeeijs-oppervlak was volgens de grafiek op 18 februari 1,846 miljoen km2 (blauwe lijntje linksonder). Het oppervlak van Nederland is 41.543 km2. Het zeeijs rond Antarctica had dus een oppervlak van ruim 44x het oppervlak van Nederland. In 2022 was dat niet veel meer.

Conclusie: het NOS journaal heeft een bericht de wereld ingestuurd dat onjuiste informatie geeft en suggestief is. Men haalt landijs en zeeijs door elkaar, zodat het lijkt alsof het ijs op Antarctica dramatisch vermindert. En als het zeeijs-oppervlak een klein beetje lager is dan afgelopen jaar spreekt men van een oppervlak ter grootte van 21x Nederland die zou ontbreken. Hoezo ‘ontbreken’, overigens?