Verstedelijking en opwarming

Nederland is sterk verstedelijkt, dat zie je om je heen. Met een bevolking van ongeveer 17 miljoen mensen en een totale oppervlakte van 41.543 km2 levert dat een bevolkingsdichtheid op van bijna 410 inwoners/km2. Laat je het water buiten beschouwing dan komen we op een bevolkingsdichtheid van 500 inwoners/km2. Momenteel woont ongeveer 70% van de Nederlanders in stedelijk gebied, dat zullen er volgens de prognose van het CBS in 2030 75% zijn.
Bron : PBL

Het bijzondere aan de verstedelijking in ons land is dat zeer grote steden ontbreken. Onze 5 grote steden, Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Eindhoven zijn relatief klein als je het vergelijkt met steden in andere landen in Europa. Verder zijn er heel erg veel middelgrote steden. Rond die steden zijn bovendien sterk verstedelijkte peri-urbane gebieden ontstaan. In feite is een groot deel van Nederland stedelijk gebied. Alleen in Zeeland, Drenthe, Friesland en Groningen valt de verstedelijking nog mee, althans naar Nederlandse maatstaven.

Die verstedelijking heeft invloed op het weer, onder andere op de temperatuur. Steden hebben een stadsklimaat: ze zijn warmer dan de omgeving, er valt wat meer neerslag en de windsnelheid is lager. Het ontstaat door de fysieke en menselijke eigenschappen van stedelijke gebieden die afwijken van die van het omringende platteland. Meer gebouwen, meer mensen, meer verkeer, minder groen, et cetera.

De topografische kaartjes hieronder van Rotterdam en omgeving zijn van 1950 en 2016. Ze geven een perfect, misschien wel een onthutsend beeld van de voortschrijdende verstedelijking in dit gebied:

Bron: Topografische Kaart 1:50.000

Ik heb in beide kaartjes het KNMI meetstation Rotterdam aangegeven met een gele stip met een rood kruisje erin. Ziet u m? Dat meetstation ligt al sinds jaar en dag op het terrein van het vliegveld van Rotterdam. Het toeval wil dat in de zomer van 2010 er temperatuurmetingen in Rotterdam zijn verricht om te zien hoe groot het verschil was tussen de temperatuur van de stad en van het omliggend platteland. Dat laatste is de ‘referentie’. Dit is het resultaat van een week meten:


Bron: L.W.A. van Hove et al

De grafiek geeft het verschil aan tussen de metingen in de stad (centrum, oost en zuid) en de referentie buiten de stad. Dat is de 0-lijn. Het verschil loopt op tot wel 8 °C ! Nu is het wel van belang om op de juiste manier de referentielocatie te kiezen, want als die dicht bij de stedelijke bebouwing ligt krijg je gegarandeerd daar wat extra opwarming. Dat is bijvoorbeeld zeker het geval op het meetstation van het vliegveld in Rotterdam.

Over de invloed op de temperatuur van stedelijke gebieden op hun omgeving is wel het een en ander bekend. Er ontstaat een circulatie, urban breeze circulation genaamd, door de temperatuurverschillen tussen de stad en het omringende rurale gebied. Door de aanwezigheid van wind kan warmte boven de stad verticaal mixen en naar de omgeving getransporteerd worden.


Bron: J. Hidalgo et al, 2010

Ook rond Birmingham is een onderzoek gedaan naar deze effecten. Het bleek dat zogenaamde urban plumes windafwaarts van steden tot 10 a 15 km van het stadscentrum reiken. In de omgeving van de metropool Londen is zelfs op 40 km afstand nog een opwarmend effect aangetoond.

Wat betekent dit voor Nederland? Weliswaar zijn de steden hier relatief klein, maar ze liggen dicht op elkaar. Dat betekent dat niet alleen al die kleine en middelgrote steden een urban-heat-islandeffect kennen, maar ook de meer open gebieden tussen al die steden opwarmen door verstedelijking. Het effect beslaat mijns inziens een groot deel van ons land, en die invloed wordt vanwege de almaar toenemende verstedelijking steeds groter in invloed en oppervlak.

Nederland is zonder twijfel vanaf eind 19e eeuw een beetje opgewarmd door de verstedelijking. Hoeveel is niet bekend. Er is ooit onderzoek gedaan naar het opwarmend effect van Utrecht op de temperatuur in De Bilt, en men kwam daarbij op 0,1 °C/eeuw. Niet veel, maar het referentiestation was Soesterberg. Misschien iets te dichtbij. Sommigen vinden dat je dat stadsklimaateffect op de temperatuur moet corrigeren. Ik ben daar niet voor. Wat je meet dat meet je, en als een flink deel van Nederland opwarmt vanwege verstedelijking dan is dat gewoon zo.